22 december 2017
Leerlinge (12) overleeft hartstilstand dankzij reanimatie door meester Harm Hofstede (Bron: Hartveilig wonen)
Een klas van zeventien leerlingen van een school voor speciaal basisonderwijs in Rijswijk (ZH) speelde kort voor de zomervakantie op het plein een balspelletje. Een 12-jarig meisje kreeg de bal aangespeeld, maar reageerde niet. In plaats daarvan zakte ze in elkaar. Meester Harm Hofstede zag het gebeuren. Hij reanimeerde het kind met succes: ze overleefde. Hij deelt zijn ervaring
Blauwgrijze huidskleur
“Samen met een collega had ik pleinwacht, toen onze leerlinge plotseling onwel werd. Mijn collega zag gelijk dat het foute boel was en riep ‘dit is goed mis’. De blik van de leerlinge stond heel ver weg, ze was volledig onbereikbaar en haar huid werd gelijk blauwgrijs. Mijn collega nam de klas mee naar binnen en waarschuwde de directeur. Die belde gelijk 112. Het meisje was volledig buiten bewustzijn. Ik constateerde geen hartslag en geen ademhaling meer. Daarop begon ik met borstcompressies en mond-op-mondbeademing.”
HartveiligWonen
“Al jaren ben ik BHV’er. Enkele maanden geleden heb ik mij aangemeld als burgerhulpverlener bij HartveiligWonen. Aangezien het om een kind ging, werd er in dit geval niet gealarmeerd via HartveiligWonen. Ik was gelukkig op het goede moment op de goede plek, zag het gebeuren en kon direct beginnen met reanimeren. Dat deed ik handmatig, aangezien er op onze school helaas geen AED aanwezig is. Ik hield het vol tot de hulpdiensten arriveerden.”
Automatische piloot
“Bij de reanimatie was het alsof ik mijn gevoelens helemaal uitschakelde. Het maakte voor mij op dat moment niet uit of het een mens was of een pop. Vooraf vreesde ik wel dat ik niet zou weten wat ik moest doen. Maar op dat moment was ik totaal niet bang dat ik het niet goed deed. En dat terwijl het slachtoffer een kind was en ook nog eens een meisje uit mijn klas. Maar ze was dermate levenloos, dat het voor mijn gevoel op dat moment niet dat meisje was. Ik kon op de automatische piloot doen wat nodig was.”
AED
“De politie was er binnen vier minuten. De agenten brachten een AED mee. Zij sloten gelijk het apparaat aan en dienden het arme kind een schok toe. Kort daarna arriveerde een ambulance en even later een tweede. Op het schoolplein speelde zich van alles af rondom het meisje, dat inmiddels met doeken werd afgeschermd. Ik stond wat verdwaasd zo’n doek vast te houden. Op het moment dat onze leerlinge de ziekenauto in ging, klopte haar hart weer en was haar ademhaling weer op gang gekomen.”
Overleefd
“Gelukkig overleefde het meisje haar hartstilstand. Of zij er blijvende schade aan heeft overgehouden, is niet helemaal duidelijk omdat zij al een ontwikkelingsachterstand had. Bovendien gebeurde dit tijdens haar laatste dagen in haar laatste jaar op onze school, dus we zien haar niet meer dagelijks. Wel weet ik dat er naar aanleiding van dit voorval een pacemaker bij haar is geplaatst.”
Slachtofferhulp
“Meteen na de reanimatie ging een politieagent met ons in gesprek. Hij maakte direct tijd om eerste slachtofferhulp te verlenen. Dat vond ik zeer professioneel. Later werden alle betrokkenen ook nog gebeld door Slachtofferhulp. Ik wilde het incident graag eerst even rustig laten bezinken en vroeg of ze een maand later opnieuw wilden bellen. Dat gebeurde volgens afspraak en toen heb ik gezegd dat het goed met me ging en verdere hulp niet nodig was.”
Cultuurverschil
“Na de reanimatie werden we geconfronteerd met een onverwachte reactie van familieleden van het meisje. Vanuit hun culturele en religieuze achtergrond zeiden enkele van haar familieleden dat ze moeite hadden met een reanimatie an sich en vooral met het feit dat deze was uitgevoerd door een man. Later trof ik de moeder en die toonde zich toen gelukkig wel heel dankbaar. Ook ontving ik heel veel dankbaarheid van politie en mijn collega’s. Dat voelde er goed. In Nederland heb je toch gevoelsmatig de plicht om levensreddend te handelen. Dus de volgende keer zou ik het op precies dezelfde manier doen.”
26 oktober 2017
Er zijn steeds minder goed opgeleide bedrijfshulpverleners (BHV’ers) op de werkvloer te vinden. (Bron: Nu.nl)
Bij een op de tien bedrijven is zelfs helemaal geen BHV’er meer te vinden, zo blijkt uit onderzoek van de Stichting Bedrijfshulpverlening Nederland.
Bij meer dan de helft van de ondernemingen zijn nu minder bedrijfshulpverleners in dienst dan een aantal jaren geleden.
Zes op de tien bedrijven die nu minder BHV’ers hebben, zien de crisis als oorzaak.
Er is minder budget beschikbaar voor opleidingen of herhalingscursussen.
Bovendien wordt er vaak gewacht met het regelen van vervangers van ontslagen BHV’ers.
Stichting Bedrijfshulpverlening Nederland vindt de trend zorgelijk en vreest voor de veiligheid op de werkvloer.
9 Augustus 2017
Verhuftering: Man woedend als omstanders bejaarde eerste hulp verlenen (Bron: Telegraaf)
Terwijl Maarten en andere omstanders een onwel geworden man in een supermarkt eerste hulp verlenen, is een andere klant woedend.
Hij is boos dat het allemaal zolang duurt en dat zijn kind dit allemaal moet zien. Verhuftert de maatschappij?
Maarten doet zijn relaas op Facebook.
Een bejaarde man met hartritmestoornissen wordt in een supermarkt op een stoel gezet omdat hij niet lekker is geworden.
Maarten schiet te hulp. Terwijl uiteindelijk de AED wordt aangesloten op de man, gaat een andere klant tekeer. Hij wil sigaretten kopen maar het duurt allemaal te lang.
Ook de hulpverlening zou veel te langzaam op gang komen, volgens de boze man. Zijn zoontje ‘moet dit ook allemaal zien’.
Een kassameisje raakt overstuur van de boze klant.
De man druipt uiteindelijk af maar Maarten richt zich op Facebook tot de man: ‘Helaas heb ik vandaag gehoord dat meneer is overleden.
Maar wat misschien wel het belangrijkste is, hoe gaat het nu met u?’
8 Augustus 2017
Vaak te laat bij brand (Bron: Telegraaf)
DEN HAAG – De brandweer komt regelmatig te laat bij spoedgevallen en steeds vaker kan een eenheid zelfs helemaal niet uitrukken. Kazernes zijn onderbezet en het ontbreekt aan vrijwilligers.
Verschillende brandweervertegenwoordigers melden dat aan deze krant. Volgens de Vakvereniging Brandweer Vrijwilligers (VBV) moet het systeem dringend op de schop om ongelukken te voorkomen.
Voorzitter Marcel Dokter zegt steeds vaker mee te maken dat een eenheid helemaal niet kan uitrukken. „Vooral tijdens kantoortijden, omdat er dan te weinig vrijwilligers zijn. Er wordt dan naar de volgende, dichtstbijzijnde kazerne gekeken.” Daardoor lopen de aanrijtijden nog verder op.
2 Juni 2017
Meisje (8) redt leven van oma (Bron: Telegraaf 2 juni)
SANTPOORT-NOORD – De 8-jarige heldhaftige Mette is in het zonnetje gezet door de politie.
Haar kordate optreden toen haar oma onwel werd, redde het leven van haar grootmoeder. „We zijn heel trots op je!”
Mette was erbij toen haar oma onwel werd. „Oma riep mij, ik vloog naar beneden en pakte de telefoon uit haar handen”, vertelt het 8-jarige meisje aan NH Nieuws.
Ze belde 112 en stond de meldkamer bijzonder professioneel te woord. Ze vertelde dat haar oma niet meer kon praten en liet tijdens het geruststellen van haar oma ook nog eens het ambulancepersoneel binnen.
„Dat heb ik vaak geoefend met mama”, zegt Mette. Haar moeder vult aan: „Dan speelde ik de meldkamer. Het heeft geholpen, ik kan het iedereen aanraden.”
Mettes oma ligt nog in het ziekenhuis maar maakt het naar omstandigheden goed.
Van de politie kreeg Mette een dikke pluim en een knuffelbeer als bedankje. „We zijn heel trots op je”, aldus de agenten van politie IJmond op Facebook.
7 april 2017
Telkens staat Publiek in de weg (Bron: Website AD)
Hulpverleners waarschuwen ouders om met hun kinderen weg te blijven bij incidenten. ,,Je beschadigt ze.”
Aanleiding voor de dringende oproep is een reanimatie in het Papendrechtse winkelcentrum De Meent. Daar zakte onlangs een man in bijzijn van zijn vrouw en familie in elkaar. Enkele winkeliers en omstanders boden hulp, wijkagente Patricia Hagenaar en een collega waren als eerste van de hulpdiensten ter plekke. Om met hun defibrillator bij het slachtoffer te komen, moesten ze zich door het ‘nieuwsgierige’ publiek heen wurmen. ,,Ik moest zelfs mensen opzij zetten”, vertelt Hagenaar.
Onder andere de gealarmeerde ambulancemedewerker Robert Vreugdenhil was snel ter plaatse om mee te helpen. Terwijl de hulpverleners elkaar aflosten bij het ‘masseren’, keek Hagenaar om zich heen. ,,Mensen zaten bijna in onze nekken te hijgen om het goed te zien. Ook mensen met kleine kinderen op hun armen!”
Ramptoeristen
Afgelopen jaar uitten andere politiemensen in Nederland al hun ergernis over mensen die met mobieltjes alles filmen en hulpverleners in de weg lopen. Nu uit Hagenaar haar bezorgdheid over het welzijn van de kinderen, die ongevraagd worden geconfronteerd met heftige taferelen voor hun neus.
,,Er komen heel vaak hele stammen ramptoeristen op af”, weet ook ambulancemedewerker Vreugdenhil uit zijn ervaringen op straat. ,,Waarom, vraag ik me af? Want je bent toeschouwer van een heel naar ’toneelstuk’. Nu geloof ik dat kinderen met al die spelletjes en wat ze zien op telefoons wat meer gewend zijn, maar je ziet bij reanimaties soms dingen die je niet op je netvlies wilt hebben. Dus loop door. Zeker als je een kind op je arm hebt zitten, is het helemaal niet slim om te gaan kijken. Loop lekker naar de etalage van een speelgoedwinkel.”
Je ziet bij reanimaties soms dingen die je niet op je netvlies wilt hebben. Dus loop door
-Robert Vreugdenhil
Irritant
Agente Hagenaar is nog stelliger. ,,Het is geen prettig gezicht als iemand voor zijn leven ligt te vechten. Wij worden er in ons werk op voorbereid, burgers niet. Mensen lijken totaal niet te beseffen dat zij zichzelf en hun kinderen beschadigen door daarnaar te kijken. Los daarvan is het gewoon irritant. Gebruik je gezond verstand.”
Als doorgewinterde ambulancemedewerker én ‘aandachtsfunctionaris’ huiselijk geweld binnen de ambulancedienst onderstreept Jola Schenk de woorden van haar collega’s. ,,Het is in de eerste plaats respectloos gedrag, want de slachtoffers zijn kwetsbare mensen die zich niet kunnen verdedigen. Ga eens na hoe jij het zou vinden als jij daar zo ligt, niet bepaald in je beste positie.”
Schenk nuanceert dat die sensatiedrift van alle tijden is. ,,Als iemand vroeger voor de trein sprong, gingen opa en oma kijken die op dat moment bij de volkstuintjes stonden met de kleinkinderen. Het verschil met vandaag de dag is dat niet tien mensen het zien, maar duizenden omdat er filmpjes worden gemaakt. Bedenk eens wat dat betekent voor de privacy.”
Hoewel ze die ‘sensatielust’ van volwassenen al afkeurt, vindt ze dat nog kwalijker als er kinderen meekijken. ,,Een kind dat op jouw arm zit, kan niet besluiten weg te lopen. Het is onverstandig ze te confronteren met zo’n gebeurtenis, want het is geen vrolijke sfeer. Kleine kinderen hebben een nog niet ontwikkeld brein en kunnen zulke gebeurtenissen in principe niet plaatsen. Daar moet je ze tegen beschermen. Iets wat je niet op je netvlies hebt staan, hoef je ook niet te vergeten.”
Medisch psycholoog Aart Huisman van het Albert Schweitzer ziekenhuis bevestigt het risico op kwalijke gevolgen voor kinderen als ze heftige dingen voor hun ogen zien gebeuren. ,,Het is niet altijd te zeggen wat het doet in het brein van een kind. Maar het kan nare gevoelens, angst en onzekerheid oproepen.”
Voorbeelden daarvan zijn bedplassen of verhoogde stress, zo schetst de ziekenhuispsycholoog. ,,Als een kind getuige is van een reanimatie, kan dat ertoe leiden dat hij niet alleen durft te zijn, omdat hij bang is dat zijn moeder of vader dat ook overkomt.”
Rustig blijven
Om die reden grijpt ook Huisman meteen de gelegenheid om ouders te adviseren hun kinderen weg te houden bij dit soort incidenten. ,,Geef kinderen niet het gevoel dat er iets ergs of spannends gebeurt, maar blijf rustig. Kinderen pakken vaak op hoe hun ouders op iets reageren. Kijk verder goed wat het kind opvangt en hou het in de gaten.”
7 april 2017
Erik Akerboom, Korpschef politie (Bron: Website Dag van de BHV)
“In de voetsporen treden van Prof. Mr. Pieter van Vollenhoven ervaar ik als een bijzondere eer. Jarenlang fungeerde hij als fier boegbeeld van de bedrijfshulpverleners in ons land. Met groot genoegen neem ik die taak van hem over. Als korpschef die trots is op de circa achtduizend BHV’ers in zijn organisatie vind ik dat een uitgemaakte zaak.
Werkgevers zijn wettelijk verplicht om een BHV-organisatie in te richten. Dat is niet de reden waarom de politie hier serieus werk van maakt. Zorgen voor een veilige en gezonde werkomgeving geldt binnen ons korps als een vanzelfsprekende ambitie. Onze mensen krijgen al genoeg onveiligheid over zich heen. Met de daarbij behorende permanente risico’s voor hun gezondheid.
De politie verleent hulp aan wie hulp behoeft. Altijd en overal, 24 uur per dag. Daardoor ervaren wij telkens weer van nabij hoe nuttig en noodzakelijk bedrijfshulpverleners zijn. Hun nabijheid, alertheid en doeltreffendheid voorkomen veel ellende en betekenen regelmatig het verschil tussen leven en dood. Niet alleen tijdens hun werkuren. Bedrijfshulpverleners springen ook op straat bij als de nood aan de man of vrouw komt. Hulp verleen je nu eenmaal niet vanwege de wet, maar uit het hart en met gezond verstand.
Wij kunnen het belang van de bedrijfshulpverlener niet vaak en luid genoeg uitdragen. Daarom ondersteun ik namens zo’n 65.000 collega’s de Dag van de BHV ten volle. Een uitstekend moment om met elkaar stil te staan bij de betekenis van de BHV. Een prachtig initiatief om de samenleving er weer eens op te wijzen hoe doorslaggevend het kan zijn als mensen in de directe omgeving paraat staan om de helpende hand te bieden.
Want in elk bedrijf en in elke organisatie kan iedereen wat overkomen. Altijd en overal. Daar weten wij bij de politie alles van.”
Het vinkje ‘Check, we hebben BHV’ers’ volstaat niet
De korpschef noemt de doeltreffendheid van BHV’ers. Indien de BHV’ers als eerste ter plaatse zijn om bij een calamiteit direct aan de slag te gaan, moeten zij wel de bagage hebben voor die doeltreffendheid. Ofwel, handelend kunnen optreden zonder aarzeling. Als de BHV’er zich afvraagt: ik ben benieuwd of ik in geval van een calamiteit weet hoe ik zou handelen, stel het overkomt me echt een keer’ dan is het vinkje ‘Check we hebben BHV’ers’ niets anders dan een administratieve check en het moeten voldoen aan een wettelijke verplichting, waaraan je dus mogelijk toch ook niet aan voldoet
Erik Akerboom
Korpschef
6 april 2017
Nelly (93) van ‘niet reanimeren’-tattoo overleden (Bron: Telegraaf)
De vrouw die bekend werd om haar vijftien centimeter brede tatoeage op de borst met de tekst ’Niet reanimeren! Ik ben 91+’, Nelly Bolten, is overleden.
De Haagse Nelly Bolten besloot jaren geleden de tatoeage te zetten omdat iemand van haar leeftijd ’nooit meer de oude wordt na een reanimatie’.
Ze vertelde na het zetten van de grote tatoeage op haar borst in 2014 aan De Telegraaf: „ Ik pak de dingen radicaal aan. Zo’n niet-reanimerenpenning vind ik waardeloos. Ambulancebroeders gaan heus niet op zoek naar een kettinkje voordat ze beginnen met hartmassage. Op zo’n moment gaat het om seconden.”
Op 93-jarige leeftijd is de Haagse overleden, schrijft Omroep West. Waar ze aan is overleden, is niet duidelijk.
Nelly werkte dertig jaar lang als verpleegkundige in ziekenhuizen in Zwolle en Den Haag. „Zoals het nu gaat, heb ik een prachtig leven. Heerlijk!”, zei de levenslustige vrouw destijds. „Ik geniet van een goede borrel, de natuur en mijn vrijwilligerswerk. Daarom wil ik per se niet in een verzorgingstehuis belanden. 91 jaar lijkt me een acceptabele leeftijd, als het zo moet zijn.”
Door de tatoeage van onder andere Nelly ontstond er een discussie over de rechtsgeldigheid van dit statement. Uiteindelijk zei minister Schippers van Volksgezondheid dat zo’n tatoeage wel rechtsgeldig is
13 februari 2017
Opvolging van oproep Hartveilig wonen
Van één van onze BHV-ers
Dit weekend kreeg ik een smsje met een reanimatieverzoek van Hartveiligwonen. Hiervoor heb ik mij vrijwillig aangemeld.
Je krijgt dan een bericht met de vraag of je op een bepaald adres hulp wilt verlenen d.m.v. reanimatie om de tijd tussen de 112-oproep en de aankomst van de ambulance te overbruggen.
De oproep was voor een adres 2 straten bij mij vandaan.
Ik snelde mij naar het opgegeven adres en trof er bij de lift al twee andere vrijwilligers die ook opgeroepen waren. Ze stonden op de lift te wachten.
Toevallig was het adres in de hoogste flat van het dorp en kwam de oproep van de 8e verdieping. In de verte hoorde wij de ambulance al.
Op het moment dat de lift aankwam (wat natuurlijk uren leek te duren), bedacht ik mij dat ik als BHV’er natuurlijk niet perse hoefde te gaan reanimeren om behulpzaam te zijn in deze situatie.
Ik liet daarom de twee eerst aanwezige vrijwilligers naar het adres vertrekken velen verdiepingen hoger en ben zelf de volgende lift gaan vastzetten en de deuren van de portiek open gaan zetten zodat de ambulancemedewerkers meteen naar boven konden zonder zelf ook minutenlang op de lift te moeten wachten.
Toen ik een kwartier later thuis op de bank zat bedacht ik mij dat het voor een buitenstaander misschien laf moet klinken dat ik niet naar boven ben gegaan om te helpen bij de reanimatie.
Echter als BHV’er weet je dat het net zo belangrijk is om de weg vrij te maken voor de aansnellende hulpverleners.
Ik ben blij dat ik heb kunnen helpen in deze situatie.
Wil jij je ook aanmelden? Neem dan een kijkje op de website van hartveilig wonen (heartsafeliving).
20 januari 2017
Iedereen zou moeten kunnen reanimeren (Bron: #PRO24/7)
Politieagent is als eerste bij meneer met hartstilstand en dient stroomstoot toe!
!!! LET OP BEELDEN KUNNEN SCHOKKEND ZIJN !!!
10 januari 2017
Nieuwe layout van de site
Vandaag is ook de website van de BHV binnen Zorg en Zekerheid aangepast naar de nieuwe huisstijl. Er moeten nog wat kleine aanpassingen gedaan worden, maar die volgen zo spoedig mogelijk nog.
2 januari 2017
Steeds minder BedrijfsHulpVerleners op de werkvloer (Bron: Nu Nieuws)
Er zijn steeds minder goed opgeleide bedrijfshulpverleners (BHV’ers) op de werkvloer te vinden.
Bij een op de tien bedrijven is zelfs helemaal geen BHV’er meer te vinden, zo blijkt uit onderzoek van de Stichting Bedrijfshulpverlening Nederland.
Bij meer dan de helft van de ondernemingen zijn nu minder bedrijfshulpverleners in dienst dan een aantal jaren geleden. Zes op de tien bedrijven die nu minder BHV’ers hebben, zien de crisis als oorzaak. Er is minder budget beschikbaar voor opleidingen of herhalingscursussen. Bovendien wordt er vaak gewacht met het regelen van vervangers van ontslagen BHV’ers.
Stichting Bedrijfshulpverlening Nederland vindt de trend zorgelijk en vreest voor de veiligheid op de werkvloer.
2 januari 2017
BHV Buiten werktijd (Bron: 101 BHV.nl)
In Nederland is iedere werkgever verplicht één of meerdere personen in dienst te hebben met een BHV certificaat.
Deze bedrijfshulpverleners kunnen ingrijpen bij brand en andere calamiteiten door te blussen of te evacueren. In de meeste gevallen worden BHV’ers echter ingezet om eerste hulp te bieden bij ongevallen op de werkvloer. Dat BHV’ers niet alleen op hun werk profijt hebben van de opgedane kennis wordt keer op keer bewezen. In de media verschijnen veelvuldig voorbeelden van personen, die met hun BHV-achtergrond slachtoffers weten te voorkomen en door snel te handelen mensenlevens kunnen redden.
Succesvolle reanimatie van verdronken kind.
In Leidschendam heeft de 24-jarige dierenartsassistente Rosalina Nieuwenburg onlangs een baby gered door haar succesvol te reanimeren. Het kind was met nog drie andere peuters in een bakfiets te water geraakt en werd door omstanders aan wal gebracht. Toen zij geen teken van leven vertoonde, begon Rosalina direct met reanimatie en wist zo het kleine meisje weer bij te brengen. Door de BHV cursus die Rosalina had gevolgd, wist zij wat ze moest doen en kon zij adequate hulp verlenen op het moment dat dat nodig was. Ook buiten werktijd dus. Volgens Rosalina zou iedereen BHV moeten hebben
Kinderen uit brandende auto gered
Een vergelijkbare ervaring had de 26-jarige Vincent Bakker uit Spijkenisse.
Hij reed in zijn bedrijfsbusje op de snelweg bij Schiedam toen hij op de vluchtstrook een brandende auto zag staan. De bestuurster van de wagen probeerde de portieren open te krijgen om haar kinderen in veiligheid te brengen, maar de automatische vergrendeling die in werking was getreden, belemmerde dat. Vincent aarzelde geen moment en sloeg met zijn blote vuist een ruit in. Zo wist hij een baby in een Maxi Cosi te redden. Met een tang uit zijn busje kon hij het andere raam breken, zodat aangesnelde agenten een tweede kind uit de auto konden trekken
BHV-Kennis nuttig voor iedereen
Dat BHV-kennis niet alleen onder werktijd, maar ook daarbuiten nuttig kan zijn, blijkt wel uit deze twee voorbeelden.
Wanneer je van je werkgever de gelegenheid krijgt om een BHV cursus te volgen, zou je die kans dan ook met beide handen moeten grijpen. Iedereen, die in noodsituaties weet wat te doen, zal zowel op de werkvloer als daarbuiten mensen kunnen helpen en zelfs levens kunnen redden